Kasteel van Montségur

Ontdek het kasteel van Montségur, een emblematisch monument uit de 13e eeuw en een aangrijpende getuigenis van het Kathaarse verzet. Dit bastion werd gebouwd in 1206 en was het laatste toevluchtsoord van de Katharen. Het markeerde een tragisch keerpunt in de geschiedenis met de val van het fort op 16 maart 1244. Montségur symboliseert niet alleen de strijd van de Katharen tegen onderdrukking, maar ook een belangrijke bladzijde in de middeleeuwse Occitaanse geschiedenis.


Kathaars fort
en Getuige van de Geschiedenis

Het kasteel van Montségur, gebouwd in 1206, was in de 13e eeuw een cruciaal toevluchtsoord voor de Kathaarse kerk en de “Faidits”. Deze historische en symbolische plek beleefde een beslissend moment op 16 maart 1244, toen het fort na een intense belegering in handen viel van de belegeraars. Die dag betekende het tragische einde van de Katharen, die gedwongen werden hun geloof af te zweren of te sterven op de brandstapel, samen met 205 martelaren.

Montségur werd gebouwd op de plek van het oude castrum op verzoek van Raymond de Péreille en diende als uitvalsbasis voor de Katharen en Faydits. Het werd gedeeltelijk gerestaureerd na de Kathaarse overgave in 1244 door de familie van de nieuwe heer, Guy II de Lévis. Het kasteel heeft drie grote tijdperken doorgemaakt en veranderde geleidelijk in een imposant fort.

Montségur was de thuisbasis van een grote Kathaarse gemeenschap, die al in 1215 werd genoemd als toevluchtsoord voor ketters en die haar rol als schuilplaats voor de Kathaarse kerk versterkte na het Verdrag van Meaux-Parijs in 1229. De geografische ligging van Montségur en de vastberadenheid van de Capetters om het vanaf 1244 aan te vallen, doen vermoeden dat het de hoofdstad, of op zijn minst het bolwerk, van de Katharen in Occitanië was.

Het fort werd in de 13e eeuw vier keer belegerd door de kruisvaarders, maar alleen de laatste belegering, die begon in mei 1243, was succesvol. De overgave van Montségur in maart 1244 volgde op een tien maanden durende blokkade, die tragisch afliep voor de Katharen die weigerden hun geloof af te zweren .